Beriggie #3: Taalmonumenten

Armada-redacteur Tycho Maas verblijft voor promotieonderzoek aan de Universiteit van Stellenbosch, Zuid-Afrika. Twee- à driewekelijks schrijft hij over ervaringen, achtergronden en actualiteiten rond taal, literatuur en cultuur in het land met elf officiële talen. Beriggie uit Zuid-Afrika #3: Taalmonumenten.

Taalmonumenten

Ik moest naar Zuid-Afrika om te leren dat de Nederlandse taal een monument heeft. Een vrouw op een sokkel houdt een blad vast met daarop de tekst ‘De Overwinning der Hollandsche Taal’. Het is het enige monument voor het Nederlands maar staat in Zuid-Afrika, in Burgersdorp. Het herdenkt het ‘Hollands’ als eerste officiële taal van de Kaapkolonie: ‘Erkend is nu de moedertaal / in Raad, Kantoor en schoollokaal’, en: ‘Voor moedertaal en vaderland / Staat hier deez’ eerezuil geplant’.

Het chauvenisme van de rijmpjes op de 4.1 Nederlands taalmonumentsokkel doet nu misschien kitsch aan, maar de Engelsen konden er indertijd niet om lachen. Die wisten wel raad met zulke taal. In de oorlog tegen de ‘Hollandse’ Boeren hebben zij rond 1900 het Nederlandse taalmonument ontvoerd en symbolisch onthoofd. Als verzoeningsdaad boden ze na de oorlog een replica aan en toen later nog het origineel werd teruggevonden is dat maar gezusterlijk (en hoofdloos) schuin daarachter geplaatst.

Ook het Afrikaans heeft een taalmonument. Toen ik het bezocht, heb ik een tijdje met een onbestemd gevoel rondgelopen, want het is dus best risicovol, een monument oprichten voor iets dat (nog) bestaat. Hetgeen waarvoor het is opgericht kan zomaar in ongenade vallen en wat moet je dan nog met dat gedenkteken? De aanhoudende studentenprotesten tegen Afrikaans als voertaal in colleges aan de Universiteit van Stellenbosch toont onder veel meer dat taal, politiek en verleden in Zuid-Afrika bepaald nog niet los van elkaar staan. De koppeling van Afrikaans en blanke onderdrukker ligt weer gevaarlijk op de loer. Dat over Engels, het alternatief van de demonstranten, trouwens hetzelfde gezegd kan worden, lijkt niemand zich te realiseren.

Afijn. Als anglisatie tot onthalzing van de Nederlandse taal leidde, hoe heeft het Afrikaanse taalmonument dan Apartheid overleefd, en de jaren direct erna?
In augustus 2015 vierde het Afrikaans officieel zijn negentigste verjaardag en het Afrikaanse taalmonument zijn veertigste. Misschien kon dat een aanwijzing geven.

De aandacht voor de jubilea was echter beperkt. Er was een bijeenkomst in het Taalmuseum en de bloemperkjes rond het monument waren nog eens extra aangeharkt. Maar geen fanfares, optochten of grote media-aandacht. ‘Logisch,’ oordeelde een van mijn zwarte vrienden, want het monument is gebouwd tijdens Apartheid en dus een symbool van racisme en uitsluiting wat geen plaats heeft in het nieuwe Zuid-Afrika.
Volgens een van mijn blanke vrienden daarentegen heeft zwart het nog nooit zo goed gehad als nu en moeten ‘ze’ van het Afrikaans afblijven. Hij citeert graag Desmond Tutu, die zegt dat een meerderheid juist een verantwoordelijkheid heeft naar een minderheid toe. Een gesprek in Zuid-Afrika blijft zelden gespeend van politieke polarisatie. Maar wat zegt het monument eigenlijk zelf?

Een aanzwellende golf van graniet 4.2 afrikaanse taalmonumentverbeeldt de groei van het Afrikaans en culmineert in een wolkenkrabbende piek. Die domineert het landschap nogal; op een zonnige dag kon ik hem vanaf Tafelberg, vijftig kilometer westwaarts, nog duidelijk onderscheiden. Aan het begin van de golf hebben ook de inheemse talen een plek, maar slechts als een klein stompje. Ik snap ergens wel wat mijn zwarte vriend bedoelt als hij in het monument een consolidatie van rechts nationalisme ziet.

Aan de andere kant snap ik ook mijn blanke vriend, die overigens Engelstalig is. Toen actievoerders eerder dit jaar in Kaapstad een standbeeld van de koloniale machthebber Cecil John Rhodes bekladden, herhaalde hij voor mij de woorden van de minister van Cultuur: elke periode uit het verleden heeft een plaats in het heden; een monument draagt meerdere betekenissen en moet ruimte bieden aan dialoog.
Hoewel mijn vriend liever scones eet dan dat hij worst braait, liever stijldanst dan op Boerenmuziek sokkiet en hoewel hij zich schaamt om zijn uitspraak van het Afrikaans, vindt hij dat het taalmonument recht heeft op een plaats in het nieuwe Zuid-Afrika, zoals alle culturen in het land dat hebben.

Het Afrikaanse taalmonument als residu van het Apartheidsregime of als legitiem voorbeeld van cultureel erfgoed in het nieuwe Zuid-Afrika? Een spotprent uit de krant Die Volksblad uit juli 1998 vat het kernachtig samen: Nelson Mandela snelt op het monument af met in de ene hand een troffel en in de andere een houweel. 4.3 Charl Marais_Die Volksblad_Juli 1998Twee toeschouwers vragen zich af of hij zal gaan bouwen of breken. De scheidingslijn tussen live and let die was net na het einde van Apartheid een enge. Misschien is hij dat nu onder de studentenprotesten weer, of is hij altijd latent aanwezig gebleven.

Het Nederlandse taalmonument lijkt in elk geval uit de gevarenzone sinds Afrikaans een officiële taal is geworden – zonder frêle, witte dame, maar met een robuuste piek van graniet.

__________________________

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s